
Mike Kelley’s carrière als kunstenaar begon eind jaren zestig op High School. Een moment van wording kwam toen de tekendocente de klas voorstelde om, in het kader van een door Veteranen georganiseerde competitie, een patriottistisch affiche te ontwerpen. Kelley besloot samen met een vriend mee te doen. Puur voor de lol. In een kwartiertje schilderden ze een ster en wat strepen met daarop een kop van George Washington. Your land and mine zetten ze erboven. Dat alles zo knullig mogelijk uitgevoerd.
Ze wonnen.
Kelley memoreert het voorval in een tekst die hij in 1992 onder de titel Some Aesthetic High Points publiceert. Hierin heeft hij het over van alles wat niet als kunst bedoeld is maar het toch is, als je er even anders naar kijkt. De tekst is een ode aan het absurde en het ongerijmde van het bestaan. Aan een wereld die zó over the top is dat ze weer aandoenlijk en authentiek wordt. Het is een verslag ook van hoe het leven van toevalligheden aan elkaar hangt en wel beschouwd één groot misverstand is.

In een van mijn eerdere posts (zie Kunst en crisis I) noemde ik Kelley de kunstenaar die als geen ander de tragiek, de ongrijpbaarheid maar ook de schoonheid van ons bestaan in beelden weet te vangen. Petting Zoo was wat mij betreft hét hoogtepunt van de Skulptur Projekte in Münster in 2007. De tentoonstelling in Wiels het jaar daarop bevestigde nogmaals zijn status als een van de grootheden van onze tijd.
‘One of the most critically acclaimed artists of his generation’ heet het dan. Gisteren maakte hij een einde aan zijn leven.
Ooit was het de bedoeling dat het nieuwe Stedelijk in Amsterdam geopend zou worden met een groot Kelley-overzicht. Dat is al weer lang geleden en ik weet niet hoe het intussen met de plannen staat. Laten we hopen dat zijn voortijdige einde ze nieuw leven inblaast.