Art Update


Ode aan de tekenkunst

 

Hans de Wit, White Toads, 2012-13

De opening had veel weg van een reünie. De Brabantse kunstwereld was bijeen om een van zijn grote zonen te eren. Met name het Tilburgse smaldeel was ruim vertegenwoordigd. Veel vakbroeders- en zusters die elkaar nog kennen uit de tijd dat de plaatselijke Tekenacademie hét bolwerk van traditioneel kunstonderwijs in Nederland was. Nu, zo’n veertig jaar later, wordt Hans de Wit geëerd als de kunstenaar die als geen ander de daar beleden beginselen is trouw gebleven.
‘Geweldig werk’, ‘Had al veel eerder aandacht verdiend’, overal om je heen zoemde het van herkenning en bewondering. Hendrik Driesen, de directeur van Museum De Pont, sprak in zijn openingswoord van ‘grote kunst’. Kunst die zich louter aan zijn eigen wetten onderwerpt, die zich niet zomaar gewonnen geeft maar die er wel onmiddellijk en volledig is. Zoals alleen grote kunst dat kan.
En inderdaad, je bent meteen in de ban. Als vanzelf wordt je blik naar binnen gezogen, om te verdwalen in een zinsbegoochelende, caleidoscopische wereld. We zien kruipend gedierte en vreemde bouwsels. Soms ook lettertekens en een enkel figuurtje. Het universum van Hans de Wit wordt bevolkt door alle mogelijke wezens en objecten, van organisch tot technisch, van gigantisch tot minuscuul. Je blijft kijken. Telkens ontvouwen zich nieuwe ruimten, elk met zijn eigen schaal en thematiek. Dat alles uitgevoerd in een duizelingwekkende techniek.

Hans de Wit, The Vehicle, 2012

Maar toch, met alle bewondering die ze oproepen, aan de tekeningen van Hans de Wit kleeft ook iets beklemmends. Dit heeft niets te maken met de sfeer van onbestemde dreiging die er uit spreekt, die is juist wel mooi. Nee, het gaat hierbij om iets heel anders: het teveel aan vertoon. Op enig moment kom je op het punt uit dat je je realiseert dat hier de rollen zijn omgekeerd: de inhoud dient de vorm, alles staat in dienst van de techniek. Opeens houdt het kijken op. Fascinatie slaat om in een zekere moedeloosheid. De kunst van Hans de Wit gaat ten onder aan het gewicht van een afgedwongen bewondering.

Hans de Wit, In the On-Offs, Museum De Pont,  tot 3 maart