
Het is midden in de winter maar de hele voorgevel van het huis ontbreekt! Het meest frappante is wel dat we daar niet van opkijken. Al kijkend worden we meteen in het verhaal binnen gevoerd. Dit is niet een waarneming in het hier en nu, dit is een een vertelling, Een betekenisvolle constructie die het leven als een samenhangend geheel in beeld brengt.
De Gebroeders van Limburg schilderden het miniatuurtje in de vroege 15e eeuw in opdracht van de Hertog van Berry als het februariblad van diens beroemde getijdenboek, Les Très Riches Heures.
We bevinden ons ergens op het platteland van Europa. Tussen de heuvels in de verte zien we een dorp met een kerktoren. Op de voorgrond een boerderij met alles wat erbij hoort, stallen, een hooimijt, een voorraadschuur en een woning, het geheel netjes afgebakend met een omheining van gevlochten takken.
Het leven ligt stil, de wereld is bedekt met een dik pak sneeuw. Dit is pas winter! Buiten moet je niet zijn. Het enige wat er móet gebeuren is houthakken. De dieren staan op stal en binnen brandt het haardvuur. Slapen en eten, veel meer valt er niet te doen. En vooral ook jezelf warm houden. De voorste dame kijkt geamuseerd naar de snorrende poes. Om de warmte van het vuur te vangen houdt ze haar rokken omhoog. De man en de vrouw achter haar zijn hierin nog een stapje verder gegaan. Van ondergoed had nog nooit iemand gehoord. Het bed op de achtergrond maakt het beeld van het warme holletje compleet.
Helemaal bovenin gaat de ruimte van het landschap naadloos over in die van de kosmos. Dit is het domein van de zonnegod Helios geflankeerd door de waterman en de vissen, de symbolen van de dierenriem die de koudste tijd van het jaar markeren. De koepel van de hemel staat als een stolp over de de aarde. Met de zon in het centrum vormt deze een fraai beeldrijm met het huis om de haard. Alles is met alles verbonden en ook al is het hartje winter, het leven laaft zich aan licht en vuur.
Om ons daarvan te overtuigen moest de voorgevel er wel even uit.