Art Update


Zomerparkmis

Christen Købke, Straatbeeld in Kopenhagen, ochtendlicht, 1838

De avond ervoor waren er zo’n vijftienduizend bezoekers geteld. Vijftienduizend! Op een festival dat ooit als buurtfeestje was begonnen: het zomerparkfeest in Venlo. Ik had er nog nooit van gehoord.
Nu dus wel. Ik was gevraagd een bijdrage te leveren aan de zomerparkmis, een nieuw onderdeel van het gebeuren, gedacht als een dienst ‘zonder geloof’. Twee sprekers, een literaire bijdrage, afgewisseld met muziek. Een uur lang, zonder applaus.
Het was zondag twaalf uur. Op de gevel van het houten kerkje prijkte een grote foto van Amy Winehouse. Binnen zat het afgeladen vol.
De vorm had me nog heel wat werk gekost maar het onderwerp had ik al meteen in gedachte: het verlies van betekenis. Volgens mij hét grote thema van onze tijd. Voor de een een doem voor de ander een zegen. Hoe dan ook iets waar we niet om heen kunnen.
Tot nog niet zolang geleden hadden alle dingen, alle verschijnselen en alle wezens een vaste plaats in een vaste orde. De zon kwam op in een door god geschapen wereld. Christen Købke’s Straatbeeld in Kopenhagen, ochtendlicht uit 1838 brengt het prachtig in beeld. Alle gezag, kennis en geloof waren in één perspectief verenigd. Van die geborgen wereld hebben wij nog net het allerlaatste staartje meegemaakt.
Het proces van afbraak ervan begon al in de achttiende eeuw. Toch bleven de bijbehorende structuren nog lang intact. God en de duivel hadden dan wel afgedaan, het idee van een wereld die gestuurd wordt door de krachten van de schepping, lieten we maar heel moeilijk los. Vraag en aanbod, kapitaal en arbeid, traditie en moderniteit, kapitalisme en communisme, de oeroude, dualistische constructie nam allerlei nieuwe gedaanten aan.
Pas in de overgang naar de eenentwintigste eeuw kwam de grote omslag. Het postmoderne denken, de globalisering, de val van de Muur, maar vooral ook de informatietechnologie en de netwerkcultuur brachten in ras tempo een wereld voort die zich definitief van de oude verwijderde. De samenleving werd van een arena van de klassenstrijd tot een bont theater van individuele belangen. Een economie van schaarste ging over in een van overvloed. De wereld werd heel klein en heel groot tegelijk, niet meer te overzien en toch dichtbij, een vloeibaar, bewegend mozaïek zonder richting of centrum.
In deze wereld weten we het niet meer. Niemand niet. Ook Mark Rutte zegt dat hij het niet meer weet. Zou god het nog weten? Wellicht, maar toch, er zijn tekenen dat ook hij twijfelt. Zijn huidige vertegenwoordiger op aarde lijkt in elk geval minder zeker van zijn zaak dan zijn voorganger. En dat siert ‘m.

Anish Kapoor, Cloud Gate, 2006

We weten het niet meer. Maar so what? Zijn mensen die het wel weten überhaupt nog wel aan zet? Ego’s zijn iets van vroeger, van de twintigste eeuw toen we nog fier ten strijde trokken, gewapend met krachtige ideeën.
Zou er zoiets kunnen bestaan als de spiritualiteit van het niet-weten? Op basis van een gedeeld besef van de ongrijpbaarheid van het bestaan. Dat gelijkheid en vrijheid alleen dan mogelijk zijn als we ons beroepen op dat wat ons het meest verenigt: het niet te weten.
Anish Kapoor’s Cloud Gate is een mooie proeve van hoe het kan werken. Iedereen wordt er meteen door geraakt. Je kijkt in de spiegel van het hier en nu en tegelijkertijd voel je je, samen met de wereld om je heen, opgenomen in een tijdloze ruimte. Weinig mensen die niet door de spirituele dimensie ervan worden gegrepen. Dat terwijl het geen enkele verwijzing bevat naar welke traditie of geloof dan ook. Cultuur, ras, geschiedenis, gender?, het doet er niet toe, Je hoeft niets te weten, sterker nog: hoe minder hoe beter.
Op de terugweg bleef dat getal van vijftienduizend door mijn hoofd spelen. Ongelooflijk toch. Van en voor Venlonaren, een barbecue doorontwikkeld tot een vierdaags festival van kunst, cultuur en bezinning. De dag daarop vertelde mijn vriend Frie aan de telefoon dat hij onlangs in de NRC had gelezen dat er in Nederland jaarlijks zeshonderdzevenendertig festivals zijn. Zeshonderdzevenendertig!